Eén
van de legendes van de Dondervogel luidt...
Héél, héél lang geleden hadden de
dieren dezelfde eigenschappen als de mens.
In die tijd leefde er een orka die
alle zalm in de zee had opgegeten.
De indianen die van de visvangst leefden
stierven van de honger.
De opperhoofden vroegen de orka om weg te gaan maar hoe
ze ook smeekten,
de orka bleef gewoon doorgaan met het opeten van alle zalm in
de zee.
Uiteindelijk kwamen alle opperhoofden bij
elkaar om hun krachten te bundelen.
Na een tijdje blies er een harde wind het
land in, donderslagen verbraken de stilte
en bliksemflitsen verlichtte de nacht.
Iedereen voelde de aanwezigheid van iets
dat machtiger en krachtiger was dan wat
ook ter wereld. Opeens klonk er
uit net niets een stem:
"Als ik jullie help, wat doen jullie dan voor mij?".
De opperhoofden
beloofden dat ze voor de rest van hun bestaan de onbekende geest zouden eren als
hij hen maar zou verlossen van de orka. Toen de opperhoofden
hun beloften hadden
gedaan verscheen er een enorme vogel. Met zijn enorme klapwiekende vleugels had
hij de harde donderslagen gemaakt en uit zijn ogen kwamen de bliksemflitsen die
de donkere nacht hadden verlicht. De orka was
zo onder de indruk van de
dondervogel, dat hij snel maakte dat hij wegkwam.
(dit is één van de mythes
van de dondervogel en kunnen per stam verschillen)
Nog steeds eren de indianen de dondervogel
door voor hem te zingen en te dansen. |